Cashbetalingen aan banden gelegd

Sinds 16 april 2012 zijn de mogelijkheden om cashbetalingen te doen, ingeperkt. Zowel het toepassingsgebied als het bedrag dat in contanten mag uitbetaald worden, is gewijzigd. Wij zetten de hoofdlijnen van deze nieuwe regels in dit artikel nog eens op een rij. Zo kunt u een inschatting maken van de gevolgen voor uw onderneming.

 

A. OUDE SITUATIE

Wat houdt het verbod precies in?

Bankbiljetten en muntstukken zijn een wettelijk betaalmiddel. U moet dus ingaan op de wens van een klant om cash te betalen. Op deze regel bestaat echter één uitzondering: cashbetalingen op grond van de anti-witwaswetgeving zijn verboden.

Alleen voor roerende goederen

Tot en met 15 april 2012 gold het verbod alleen bij aan- en verkoop van zogenaamde roerende goederen (producten, machines, e.d.). Dienstverleners, aannemers, vrije beroepers, … vielen niet onder dit embargo.

Niet meer dan € 15.000 cash ontvangen

Het verbod sloeg alleen op cashbetalingen boven de € 15.000.

Effectieve controles

De FOD Economie voerde de afgelopen jaren verschillende controles uit. Bij overschrijding van de limiet van € 15.000 volgden boetes en vaak ook een fiscale controle.

 

B. NIEUWE REGELS SINDS 16 APRIL 2012

Nu voor goederen én diensten

Vermits het toepassingsgebied uitgebreid werd, moeten heel wat meerzelfstandigen met het nieuwe verbod rekening houden. Dat slaat nu immers op alle goederen, zowel roerende als onroerende: de kleinhandelaar die een dure fiets verkoopt, de fabrikant die een machine van de hand doet, u die een huis of bedrijfsgebouw verkoopt … Bovendien geldt het verbod ook voor diensten. Als vrije beroeper, consultant, aannemer, e.d. let u voortaan best goed op als een klant (een deel van) uw rekening of factuur wilt vereffenen in contanten.

De grens ligt gevoelig lager

De grens ligt niet langer op € 15.000 maar op € 5.000. Vanaf 2014 wordt die verder verlaagd naar € 3.000. Bij de verkoop van een onroerend goed mag er vanaf 1 januari 2014 zelfs helemaal niets meer met baar geld betaald worden.

Cashontvangst onder € 5.000 is soms nog te veel

Onder de oude regeling sloeg de € 15.000-grens op de betaling zelf. Dat is nu niet langer het geval. In het nieuwe verbod is niet het betaalde bedrag zelf van belang, wel het totale (factuur)bedrag waar de (deel)betaling op slaat. De nieuwe regel verbiedt bijvoorbeeld de betaling in contanten van een voorschot van € 4.000 op een levering (van producten of diensten) met een totale waarde van € 6.000. Toch is er één uitzondering. Een deelbetaling in baar geld is wel toegelaten voor zover deze niet meer bedraagt dan 10 % van de totaalfactuur én niet hoger ligt dan € 5.000 (op termijn € 3.000). Zo is de cashbetaling van een voorschot van € 1.000 voor een levering met een totale waarde van € 10.000 toegelaten, terwijl de cashbetaling van een saldo van € 2.000 voor diezelfde levering volgens de nieuwe regels verboden is. Als u uw woning wilt verkopen voor € 250.000, kunt u bijvoorbeeld een voorschot van 10% vragen. U mag dit echter niet volledig in baar geld laten betalen. Met die € 25.000 zit u immers ruim boven de toegelaten grens van € 5.000.

 

C. HOE VOORTAAN ‘CORRECT’ CONTANT AFREKENEN?

Elektronische betalingen

De Federale Regering wil dat er voortaan meer via een overschrijving of met de kaart (gewone betaalkaart of eventueel debetkaart, genre Visa) betaald wordt. Bent u veel buitenshuis en ontvangt u grotere bedragen in baar geld, neem dan een mobiele betaalterminal in overweging. Hou er wel rekening mee dat er meestal limieten van om en bij de € 3.000 staan op betalingen met een kaart. Uw klant kan zijn bank wel vragen om deze grens te verhogen. U kunt uw klant of cliënt ook vragen een bankcheque klaar te houden. Een andere mogelijkheid is het systeem van domiciliëring. Op deze manier kunt u ervoor zorgen dat uw facturen contant én tijdig betaald worden. Deze methode bespreekt u best met uw bankier.

Aangepaste betaalafspraken?

In veel sectoren is het gebruikelijk om een klant een voorschot te vragen van 30%, een tussentijdse betaling van 40% en een saldo van 30%. Bedraagt de totaalfactuur echter meer dan € 5.000, dan kunt u in dit voorbeeld noch het voorschot noch het saldo in contanten ontvangen. Het is dus aan te raden om eventueel een andere betaalregeling met uw klant af te spreken, bv. 10/60/30. Op die manier mag u wel een beperkt voorschot of saldo in contanten ontvangen.

 

D. WAT ALS U DE WET OVERTREEDT?

 

U bent verplicht bij de anti-witwascel naam en toenaam op te geven van de persoon die u te veel in contanten betaalde. Indien de economische inspectie bij een controle vaststelt dat u dit niet deed, dan riskeert u een boete. Die is vastgesteld op maximum 10% van het bedrag dat u ten onrechte in baar geld ontvangen heeft. Indien u bijvoorbeeld € 2.000 als saldo in contanten ontvangt op een factuur van € 6.000 riskeert u een boete van € 200.

E. SAMENGEVAT

  1. Het toepassingsgebied van de anti-witwaswetgeving werd gevoelig uitgebreid. Zowel bij verkoop van goederen (roerend en onroerend) als bij levering van diensten (vrije beroeper, consultant …) staan er limieten op de betaling in contanten.
  2. De grens voor cashbetalingen ligt voortaan op € 5.000 en vanaf 2014 zelfs op € 3.000. Bovendien slaat het nieuwe verbod niet langer op de betaalde som zelf, maar wel op het totale (factuur)bedrag waarop de (deel)betaling betrekking heeft.
  3. Als uw klant betaalt met een overschrijving, met de kaart of met een bankcheque, dan stelt er zich uiteraard geen probleem. Bekijk in samenspraak met uw bankier of domiciliëring voor bepaalde klanten tot de mogelijkheden behoort. U kunt ook andere en/of aangepaste betaalafspraken maken om alsnog correct contant te kunnen afrekenen.