Sinds 1 januari 2011 is de Belgische wetgeving aangepast aan de Europese regelgeving wat betreft BTW in het kader van privé -gebruik van oorspronkelijk beroepsmatige uitgaven.
Voortaan moet de aftrekbaarheid van de BTW op een investering die ook privé wordt gebruikt van in het begin beperkt worden tot het beroepsmatig gedeelte. Dit geldt ook voor de bedrijfswagen.
Rekening houdend met het feit dat de BTW op een bedrijfswagen altijd slechts voor 50% aftrekbaar is, volstaat deze aftrekbeperking als de werknemer of bedrijfsleider de wagen beroepshalve voor minstens 50% gebruikt. Is het privégebruik hoger dan 50%, dan moet bij de aftrekbeperking van meet af aan met dit hoger privégebruik rekening gehouden worden.
Gebruikt een werknemer de wagen voor 90% privé dan is slechts 10% van de BTW aftrekbaar. Er hoeft dus geen BTW meer betaald te worden op het voordeel van alle aard!
Zie circulaire AFZ nr.01/2011 van 25 januari 2011.